/ Afwijken bestemmingsplan

Er zijn drie manieren om een omgevingsvergunning te verlenen om af te wijken van het bestemmingsplan. Het kan zijn dat in het bestemmingsplan zelf een binnenplanse vrijstellingsmogelijkheid is opgenomen. Daarnaast is er een landelijke kruimellijst. Als een bouwplan onder de kruimellijst valt, kan net zoals bij toepassing van de binnenplanse vrijstelling een vereenvoudigde vergunning (8 weken beslistermijn + 6 weken verlenging) worden verleend. Een formele ruimtelijke onderbouwing is niet vereist. Als de gemeente niet tijdig beslist, dan heeft u een omgevingsvergunning van rechtswege.

De minst wenselijke optie is een omgevingsvergunning met toepassing van de uitgebreide voorbereidingsprocedure (26 weken beslistermijn). Als de gemeente niet tijdig beslist, dan heeft u geen omgevingsvergunning van rechtswege. Feitelijk is er geen echte sanctie op het niet tijdig beslissen. U kunt hooguit de gemeente in gebreke stellen wegens het niet tijdig beslissen. Als de gemeente dan niet alsnog op korte termijn dan krijgt u dwangsommen. Dat weegt echter niet op tegen de kosten van de vertragingen. Feitelijk levert deze omgevingsvergunning geen voordelen op ten opzichte van een nieuw (postzegel)bestemmingsplan. Het kost ongeveer evenveel tijd om deze voor te bereiden en ook bij deze omgevingsvergunning is een ruimtelijke onderbouwing nodig die aan dezelfde eisen moet voldoen als die bij een bestemmingsplan. Daarnaast kan de provincie zowel bij deze omgevingsvergunning (met uitgebreide procedure) als het bestemmingsplan een reactieve aanwijzing geven. Deze treden dan niet in werking. Bij de omgevingsvergunning die is verleend met toepassing van een binnenplanse vrijstelling of de kruimellijst kan de provincie niet een dergelijke reactieve aanwijzing geven.

De kruimellijst staat in artikel 4 bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor). Drie onderdelen van de kruimellijst zijn erg belangrijk: onderdeel 1 (uitbreiden, ook van het hoofdgebouw), onderdeel 9 (wijzigen gebruik) en onderdeel 11 (tijdelijk voor maximaal tien jaar). Met onderdeel 1 kan het hoofdgebouw worden uitgebreid. Binnen de bebouwde kom is er geen beperking aan hoeveel groter het bouwwerk mag worden. Het is mogelijk zelfs hele verdiepingen op een bouwwerk te realiseren. Onderdeel 9 maakt het mogelijk om het gebruik te wijzigen. Bijvoorbeeld naar een woonbestemming. Buiten de bebouwde kom mag het gebruik alleen worden gewijzigd naar een logiesfunctie voor werknemers of de opvang van asielzoekers of andere categorieën vreemdelingen. Een aandachtspunt is dat de Raad van State heeft geoordeeld dat onderdeel 9 niet mag worden toegepast bij een geheel nieuw bouwwerk. Het is dus niet mogelijk met toepassing van onderdeel 9 een woning te realiseren op bijvoorbeeld een bedrijfsbestemming als de grond braakliggend is. Met onderdeel 11 kunt u een tijdelijke vergunning krijgen voor maximaal tien jaar. Na die termijn kan de gemeente wel nog een omgevingsvergunning voor onbepaalde termijn verlenen. De verschillende onderdelen van de kruimellijst kunnen in één omgevingsvergunning worden gecombineerd. Er zijn echter uitzonderingen op die hoofdregel. Daarnaast staan in artikel 5 bijlage II Bor situaties wanneer de kruimellijst niet mag worden toegepast. Advocaat mr. dr. ing. Peter de Haan kan u bijpraten over de mogelijkheden.